In gesprek met Marleen Bron over zorgtechnologie

‘Echte aandacht in de zorg dankzij technologie’

Slimme hulpmiddelen maken het leven aangenamer. Dat zien we bij ouderen, maar ook bij alle medewerkers in de zorg. Dankzij zorgtechnologie blijft het werkbaar, prettig én persoonlijk. Daar is Marleen Bron (55) heilig van overtuigd. Sinds drie jaar werkt zij als innovatiemanager bij Beweging 3.0. Zij helpt de organisatie bij het gebruik van de juiste hulpmiddelen; van sensoren tot medicijndispensers. En zowel binnen de verpleging en de dagbesteding, als ook in de thuiszorg. In korte tijd zijn al veel stappen gezet. Wat kan zorgtechnologie ons nog meer bieden?

Als een vis in het water

Eerst iets over Marleen zelf, een persoonlijke noot. Want ze is getrouwd en heeft kinderen, waaronder een dochter met een meervoudige beperking. Achttien jaar lang heeft zij haar thuis verzorgd. Marleen weet dus hoe intensief de zorg kan zijn en hóe belangrijk en dankbaar al dat mooie werk is. Zelf werkte ze na haar studie bedrijfskunde onder meer bij een farmaceutisch bedrijf en in de gehandicaptenzorg. Daarna ‘ontdekte’ zij de ouderenzorg, vertelt ze in een uitgebreid interview.
Bij Beweging 3.0 voelt ze zich als een vis in het water. Ze leidt de afdeling waar IT, zorgtechnologie en innovatie onder vallen. ‘Een stukje procesverbetering, dingen slimmer inrichten en de juiste hulpmiddelen inzetten; daar houd ik van. Met mijn team wil ik het werk voor medewerkers makkelijker maken, zodat iedereen het volhoudt en het ook fijn blijft. Daarnaast zetten we zorgtechnologie in om het leven van bewoners, cliënten en mantelzorgers aangenamer te maken.’

Grote uitdaging

Juist nu Nederland vergrijst loopt het tekort aan zorgpersoneel op. Met minder mensen meer zorg leveren is een grote uitdaging, weet Marleen. De inzet van zorgtechnologie is daarbij noodzakelijk. ‘Daar is geen discussie over. Wel probeer je goede keuzes te maken. Want wanneer zet je welk middel in? Hoe pas je iets toe? Daar gaan we heel zorgvuldig mee om.’ Beweging 3.0 heeft een duidelijke ambitie rondom zorgtechnologie. ‘De komende drie jaar zetten we grote stappen. We willen een aanzienlijk deel van het werk dat nu nog met de hand gebeurt, echt door technologie laten overnemen. Dat doen we om zorgmedewerkers maximaal te ondersteunen.’
Het draait niet om die techniek, legt ze uit. ‘Het gaat om een andere manier van werken. De focus van medewerkers verschuift van fysieke handelingen naar persoonlijke aandacht voor de bewoner of cliënt. Mede dankzij technologie blijft er tijd beschikbaar voor een gesprek, een spelletje, een wandeling. Eigenlijk voor die echte aandacht binnen de zorg, waarin we als mensen onvervangbaar zijn.’

"Mede dankzij technologie blijft er tijd beschikbaar voor een gesprek, een spelletje, een wandeling"

Sensoren gebruiken

Een goed voorbeeld van die nieuwe technologie is het gebruik van sensoren. Marleen: ‘Er zijn sensoren die bijvoorbeeld gedurende een periode gekoppeld worden aan incontinentieproducten en zo informatie verzamelen over hoe vaak iemand verschoning  nodig heeft en welk materiaal het beste bij iemand past. Je brengt iemands ritme beter in kaart. Daardoor gebeuren er minder ‘ongelukjes’, zoals dat heet.’ Marleen: ‘Je hoeft minder vaak beddengoed en kleding te verschonen, je hoeft iemand niet extra te wassen, wat vaak heel vermoeiend is voor een bewoner. Dat is voor iedereen fijn en het bespaart tijd en kosten.’

"Je hoeft iemand niet extra te wassen, wat vaak heel vermoeiend is voor een bewoner. Dat is voor iedereen fijn en het bespaart tijd en kosten"

Sensoren zijn nog breder inzetbaar. ‘Op alle locaties zijn we bezig om bewoners bewegingsvrijheid te geven. Door dit te ondersteunen met sensoren kan dat op een veilige manier. Mocht het nodig zijn dan kunnen sensoren registreren waar iemand loopt. Dit kan persoonsgericht worden aangepast en noemen we leefcirkels.’ Een andere toepassing van sensoren zien we terug bij het vernieuwde verpleegoproepsysteem, vertelt Marleen. ‘Op sommige locaties werken we daar al mee. Voorheen hadden we een alarmknop om de verzorging op te roepen. Inmiddels kunnen we ruimtes voorzien van sensoren. Die laten ons weten waar een bewoner is, hoe lang iemand daar al is en of er eventueel hulp nodig is.’

Betere nachtrust

Ook in bed kunnen sensoren zeer bruikbaar zijn, legt ze uit. ‘Ze registreren beweging. Op afstand ziet de verpleging dus welke bewoner wakker is. Deze bewoner kan dan als eerste worden gewassen. Je sluit daardoor beter aan op iemands wens, situatie en ritme. Ook ’s nachts hoef je niet alle kamers langs om te kijken of iedereen in bed ligt. Het systeem laat precies zien waar iemand wakker is en wat er speelt. Je verstoort bewoners minder in de slaap, dus dat is beter voor de nachtrust en de privacy.’
"Je verstoort bewoners minder in de slaap, dus dat is beter voor de nachtrust en de privacy"
Sinds vorig jaar loopt bij Beweging 3.0 het programma Zorgtechnologie & Data. Een van de doelstellingen is dat alle zorglocaties uiteindelijk sensoren en zo’n vernieuwd oproepsysteem krijgen. ‘Dat vraagt vrij veel technische ondersteuning – denk alleen al aan de bekabeling. Dus die operatie koppelen we aan geplande verbouw en nieuwbouw.’

Beginnen bij de behoefte

Niet alle techniek zet je standaard in. ‘Dat verschilt per bewoner en situatie en gaat altijd in overleg. Ook met naasten. We doen het alleen waar het nodig wordt geacht. Dat is ons beleid. Je begint niet bij de techniek, maar bij de mogelijkheid om te komen tot passende ondersteuning. De richting is duidelijk; zorgtechnologie wordt bij ons net zo normaal als de tillift, het washandje en de aandacht die we geven.’

"De richting is duidelijk; zorgtechnologie wordt bij ons net zo normaal als de tillift, het washandje en de aandacht die we geven"

Binnen de teams waar het oproepsysteem met sensoren al draait, reageren medewerkers enthousiast, merkt Marleen. ‘Er ontstaat meer rust, want je werkt minder alarmgericht. Het is juist pro-actief; je beoordeelt de situatie en daarop kun je anticiperen. Dat sluit ook aan op het persoonsgerichte werken waar Beweging 3.0 voor kiest. Je kijkt dus beter naar de mens; wat heeft iemand nodig?’ Dat begint al bij de verhuizing, vertelt Marleen. ‘Als iemand bij ons komt wonen, is er altijd sprake van een zware zorgvraag. In een eerste gesprek breng je de situatie in kaart. Wat kan iemand nog zelf? Wat kunnen we ondersteunen met technologie? Waar kan mantelzorg bij helpen? En waar heb je een zorgprofessional voor nodig?’

Spraakgestuurd rapporteren

Zorgmedewerkers raken steeds meer vertrouwd met technologie, merkt Marleen. Zo loopt er binnen Beweging 3.0 een proef met het zogeheten spraakgestuurd rapporteren. ‘Iedereen vindt het vervelend om formulieren in te vullen. Door nieuwe technieken kunnen ze het verslag nu ook inspreken, waarna de computer alles verwerkt. Dat betekent: minder administratie en meer tijd voor echte zorgtaken.’
Haar team heeft digicoaches opgeleid die op zorglocaties uitleg geven aan medewerkers, vertelt Marleen. ‘En ook belangrijk: binnen alle teams zijn ambassadeurs aangesteld die hun collega’s helpen bij het omgaan met nieuwe middelen. We bieden tijd om te oefenen en is er volop begeleiding, zodat iedereen mee kan komen in die verandering.’
"Iedereen vindt het vervelend om formulieren in te vullen"

Contact via het beeldscherm

Ook in de wijkverpleging gaat Beweging 3.0 steeds vaker sensoren inzetten. Zo is er al een medicijndispenser die zelf bijhoudt of iemand de medicatie heeft genomen. ‘Maar ook bij wondverzorging kunnen we bijvoorbeeld virtuele thuiszorg inzetten; dus zorg via het beeldscherm. Niet altijd is het nodig om aan huis te komen. Een verpleegkundige kan ook even contact opnemen via de tablet en dan een paar vragen stellen. Dan blijft er juist tijd voor fysieke gesprekken en bezoeken waar dat echt nodig is.’

Wennen

Ouderen blijven steeds langer thuis wonen. Beweging 3.0 biedt hen via de afdeling Leef3.nu een heel scala aan hulpmiddelen, vertelt Marleen. ‘Dat zijn middelen voor thuis, die mensen kunnen huren of kopen. Vaak raken die middelen ook aan de zorgtechnologie. Het is heel breed. We hebben bijvoorbeeld een speciale lepel die trillingen van de hand opheft, zodat ouderen toch zelf kunnen eten. Maar ook een robotstofzuiger, die zelfstandig schoonmaakt.’ Marleen merkt dat ‘we’ steeds meer wennen aan apparaten en systemen die ons ondersteunen. ‘Als samenleving maken we een verandering door die uiteindelijk de zorg zelfs kan verbeteren. Het is zeker geen verschraling. Juist omdat we hierdoor tijd behouden om die echte aandacht te blijven bieden.’

"Als samenleving maken we een verandering door die uiteindelijk de zorg zelfs kan verbeteren"